Dat Hubert Boelaars stopt als kastelein is alom bekend. Eind dit jaar gaan de deuren dicht. Daarmee komt een eind aan een horecatijdperk vol verhalen.
Vele families groeiden op met Boelaars als centrum voor feesten: bruiloften, verjaardagen, jubileums en carnaval. Ook voor CV De Faant was Boelaars altijd een warm thuis, vandaar dat als ‘cadeau’ met twee amusementsavonden nog eenmaal werd teruggeblikt op deze episode.
De compleet uitverkochte avonden hadden de toepasselijke titel ‘Als de muren konden praten’. Daarbij kwamen talloze verhalen, liedjes, foto’s en anekdotes uit het verleden voorbij. Zo begon de avond met de opkomst van de groentekar, waar het voor de familie Boelaars allemaal mee begon.
Het Oktoberfest, waarvan Hubert Boelaars een van de initiatiefnemers was, was tevens een element. Blaaskapel Tante Jo zorgde voor de Duitse deunen, terwijl CV De Faant-voorzitter Richard van Steenhoven met Hubert symbolisch het vat aan sloeg.
Tonpraters Rob van Elst en Joep de Wildt zorgen voor de nodige luchtigheid in het programma. Zij kregen de lachers op hun hand.
De amusementsavonden, die tussen 1996 en 2010 plaatsvonden bij Boelaars, vormden een onderdeel van de avonden. De Duitse en Belgische avonden herleefden, evenals de rollen van de Thunderbirds, Schanulleke of Roodkapje. De maanskèèrelszitting kwam voorbij, net als d’n Boel Plat.
De drie ‘ouwe mannekes’ konden uiteraard ook niet ontbreken met hun bankgesprekken.
Terwijl er veel nostalgie en melancholie was, werd er soms kort vooruitgeblikt. Want zoals het cliché beschrijft: waar een deur dichtgaat, gaat er ook een deur open. In dit geval is dat die van De Witte Leeuw, officieel vanaf 2024 de nieuwe thuishaven.
CV De Faant wil alle vrijwilligers bedanken voor hun tomeloze inzet om deze avonden te realiseren. Zowel voor als achter de schermen is heel veel werk verricht en dat verdient een groot compliment.
Daarnaast wil de club de mensen van licht en geluid, onder meer Aswin Joore, bedanken voor hun begeleiding. Het laatste dankwoord gaat uit naar de familie Boelaars en hun medewerkers die ons jarenlang gastvrij ontvingen.
